Wanneer je curry zegt, denken veel mensen aan een potje geel poeder in het keukenkastje. Maar curry is veel meer dan dat – en eigenlijk helemaal geen losse specerij. Het is een verzamelnaam voor gerechten waarin specerijen de hoofdrol spelen.
Curry betekent niet overal hetzelfde
Het woord curry komt uit Zuid-India, van het Tamil-woord "kari", wat saus of stoofgerecht betekent. Toen de Britten in de 18e eeuw India koloniseerden, begonnen ze “curry” te gebruiken als algemene term voor de gekruide gerechten die ze daar ontdekten – en zo verspreidde het begrip zich naar het Westen. Tegenwoordig heeft het woord curry verschillende betekenissen, afhankelijk van waar je bent:
-
In het Westen: vaak synoniem met “kerriepoeder” – een kant-en-klaar kruidenmengsel.
-
In India: geen specifiek gerecht, maar een verscheidenheid aan recepten met verschillende kruidenbasissen en kooktechnieken.
-
In Thailand: curry verwijst naar chilipasta’s – rood, groen of geel – gemengd met kokosmelk tot een saus.
-
In Japan: curry is een mild, romig stoofgerecht, meestal geserveerd met rijst en gepaneerd vlees.
Wat ze allemaal gemeen hebben is de bereidingswijze: een gekruide saus of stoofpot met groenten, vlees of vis.
En wat is dan "kerriepoeder"?
Het kerriepoeder dat je in veel Westerse supermarkten vindt, is een Britse uitvinding die geïnspireerd is op Indiase smaken. Het bevat meestal kurkuma (voor de gele kleur), komijn, koriander, gember en soms kaneel, nootmuskaat of chili. De smaak is warm en aromatisch – maar komt niet in de buurt van de diepgang van een authentieke Indiase curry, die wordt gemaakt met verse specerijen en lang gestoofd.
Kort samengevat:
Curry is geen enkele specerij – het is een veelzijdige culinaire traditie die per land sterk kan verschillen in smaak en vorm.
Soorten curry – en wat je erbij kunt drinken
Indiase curry
Kruidig en vaak op basis van tomaat, soms met yoghurt of room.
Drank: Riesling, lassi, licht blond bier.
Thaise curry (groen, rood, geel)
Op basis van kokosmelk en currypasta, vaak pittig en friszuur.
Drank: Droge riesling, witbier, bruiswater met limoen.
Japanse curry
Mild en lichtzoet, vaak met wortel, aardappel en vlees.
Drank: Lichte rode wijn, saké, citroenwater.
Caraïbische curry
Krachtig van smaak, met tijm, chili en soms een zoete toets.
Drank: Chenin blanc, daiquiri, gemberbier.
Sri Lankaanse curry
Rijk aan kokos, intens en vaak erg pittig.
Drank: Halfdroge rosé, IPA, kokoswater.
Wist je dat…
-
Kerriepoeder is vrijwel onbekend in de traditionele Indiase keuken – daar maakt men zelfgemaakte masala-mengsels.
-
Groene Thaise curry is vaak pittiger dan rode, ondanks de kleur.
-
Een curry kan volledig veganistisch zijn of juist rijk aan vlees – het hangt allemaal af van de basis en de toevoegingen.
Curry is meer dan een smaak – het is een ambacht
Curry maken draait om het balanceren van specerijen, pittigheid, textuur en cultuur. Het is een manier om samen te komen rond iets warms, kleurrijks en geurig. Misschien is dat wel waarom curry over de hele wereld zo geliefd is geworden – of het nu geserveerd wordt met naan in Mumbai, jasmijnrijst in Bangkok of gepaneerd varkensvlees in Tokio.
